Statuten

Artikel 1

Onder de benaming “Stedelijke Seniorenraad van Oudenaarde” wordt een raad opgericht ter bevordering van het sociaal-,welzijns- en cultureel beleid voor senioren.

De seniorendoelgroep wordt omschreven als “ de 55-plussers “

 

Artikel 2

De Stedelijke Seniorenraad heeft volgende opdracht:

  • het behandelen van alle kwesties die, hetzij rechtstreeks hetzij onrechtstreeks, de senioren aanbelangen;
  • het verstrekken van adviezen hetzij op eigen initiatief hetzij op vraag van de gemeenteraad, het College van Burgemeester en Schepenen of de OCMW-Raad;
  • het bevorderen van de samenwerking in het seniorenbeleid.

 

Artikel 3

De Stedelijke Seniorenraad staat boven en buiten alle politieke en ideologische opvattingen.

Hij is samengesteld uit:

a) maximum twee vertegenwoordigers van elke erkende seniorenvereniging;

b) een aantal senioren die individueel en ten persoonlijke titel worden aanvaard door de Algemene Vergadering. Hun aantal mag niet meer bedragen dan de helft van het totaal aantal vertegenwoordigers van de erkende seniorenverenigingen;

c) één vertegenwoordiger van het Lokaal Dienstencentrum de Vesting;

d) de Schepen voor seniorenbeleid alsmede één ambtenaar vanuit het stadsbestuur en één ambtenaar vanuit het OCMW;

e) één vertegenwoordiger van elk van de plaatselijke woonzorgcentra;

f) één vertegenwoordiger van de politie;

g) één lid van elke stedelijke adviesraad.

Het sociaal statuut van de onder a) en b) bedoelde leden is niet relevant voor het lidmaatschap van de Seniorenraad. 

 

Artikel 4

Het mandaat van de leden loopt over een termijn van 6 jaar die begint op 1 januari van het jaar waarin de gemeenteraadsverkiezingen gehouden worden.

 

Artikel 5

De seniorenverenigingen duiden zelf hun afgevaardigden aan. Zij moeten voldoen aan volgende voorwaarden:

a) lid zijn van de vereniging die hen voordraagt;

b) geen politiek mandaat uitoefenen;

c) woonachtig zijn in Oudenaarde;

d) minstens 55 jaar zijn;

e) zich ertoe verbinden de statuten van de Stedelijke Seniorenraad na te leven.

Het Dagelijks Bestuur gaat na of aan de voorwaarden wordt voldaan.

 

Artikel 6

Diegenen die zich, uit hoofde van hun vertrouwdheid met de seniorenproblematiek, ten persoonlijke titel willen inzetten voor de senioren moeten voldoen aan de voorwaarden voorzien in artikel 5 b) tot e).

 Het Dagelijks Bestuur gaat na of aan de voorwaarden wordt voldaan en beoordeelt de vertrouwdheid met de seniorenproblematiek.

 

Artikel 7

Het mandaat van de stemgerechtigde leden van de Stedelijke Seniorenraad neemt een einde:

a) bij het verstrijken van de termijn voorzien in artikel 4;

b) ingevolge het persoonlijk ontslag uit de Stedelijke Seniorenraad;

c) door 3 opeenvolgende, al dan niet verontschuldigde, afwezigheden op de vergaderingen van de stedelijke Seniorenraad; na de tweede afwezigheid wordt een verwittiging gestuurd.

Het mandaat van de afgevaardigden van de seniorenverenigingen neemt ook een einde ingevolge het intrekken van het mandaat door de vereniging die hen heeft voorgedragen.

 

Artikel 8

Raadsbeslissingen worden genomen bij 2/3e meerderheid van de uitgebrachte stemmen. Minstens de helft van de stemgerechtigde leden moeten aanwezig zijn.

Enkel de leden vermeld in artikel 3 a), 3 b) en 3 c) zijn stemgerechtigd.

Stemmingen over personen zijn steeds geheim.

 

Artikel 9

De Stedelijke Seniorenraad duidt bij stemming onder zijn stemgerechtigde leden, minimum 6 en maximum 12 leden aan voor het Dagelijks Bestuur.  De uittredende leden zijn herverkiesbaar.

De leden vermeld in artikel 3 c) en 3 d) maken eveneens deel uit van het Dagelijks Bestuur.

 

Artikel 10

Zowel in de Raad als in het Dagelijks Bestuur moet bij de stemgerechtigde leden minstens 1/3 van elk geslacht vertegenwoordigd zijn.

Om deze verhouding in de Raad te realiseren zal een organisatie, die tot vervangende aanduiding overgaat, gebonden zijn door deze regel.

Indien nodig kan het Dagelijks Bestuur door coöptatie het naleven van de evenredigheidsregel verzekeren.

 

Artikel 11

Ingevolge beslissing van de Algemene Vergadering kunnen permanente of tijdelijke werkgroepen worden opgericht. Een oproep voor deelname aan een werkgroep wordt gericht tot alle leden van de Stedelijke Seniorenraad.

De voorstellen van een werkgroep worden overgemaakt aan het Dagelijks Bestuur.

 

Artikel 12

De Stedelijke Seniorenraad kan een beroep doen op de tijdelijke bijstand van deskundigen. De deskundigen hebben geen stemrecht.

 

Artikel 13

De Stedelijke Seniorenraad vergadert tenminste om de 4 maanden of op dringend verzoek hetzij van het Dagelijks Bestuur hetzij van 6, die met motivatie een dringend punt op de agenda willen plaatsen.

 

Artikel 14

Het Dagelijks Bestuur vergadert tenminste om de 4 maanden of op dringend verzoek, hetzij van de voorzitter, hetzij van 2 leden ervan.

 

Artikel 15

De vergaderingen zijn niet openbaar. De uitnodiging zal steeds de agenda van de vergadering vermelden en tenminste 8 dagen voor de vergadering aan de leden toegezonden worden.

Van elke vergadering wordt een verslag gemaakt.

 

Artikel 16

De adviezen worden overgemaakt hetzij aan de gemeenteraad, hetzij aan het College van Burgemeester en Schepenen, hetzij aan de OCMW-Raad.

Conform de vigerende afsprakennota zal de bevoegde overheid in een gemotiveerd antwoord de Stedelijke Seniorenraad in kennis stellen van het gevolg dat aan een uitgebracht advies wordt gegeven.

De beslissing over de publieke verspreiding van de uitgebrachte adviezen en het gevolg dat eraan wordt gegeven, wordt genomen door het Dagelijks Bestuur.

 

Artikel 17

De administratieve kosten, die verbonden zijn aan de werking van de Stedelijke Seniorenraad, worden gedragen door het stadsbestuur.

Het secretariaat wordt waargenomen door een ambtenaar, die daartoe door het stadsbestuur wordt aangeduid.

Goedgekeurd op de plenaire vergadering van 27 april 2017 en de gemeenteraad van 29 mei 2017